Woensdag 05 augustus 2015
Gedurende de periode voorafgaande aan de Olympische spelen in 2000 te Sydney, is bij een groep toptriatleten gegevens verzameld over hun gezondheid en hun algemene reactiepatroon op trainingen en wedstrijden en op specifieke prikkels (o.a. hoogte, jetlag). Omdat duuratleten veel trainingsuren maken was het gevaar van overbelasting steeds aanwezig. Daarom is ook veel aandacht geschonken aan het zoeken van vroege indicatoren van overbelasting. De bevindingen van deze vervolgstudie zijn als wetenschappelijke publicaties opgetekend en samengebracht door Gerard Rietjens in een proefschrift getiteld ‘Preparing for the Olympic Games, Training adaptation in Endurance Sports’. Het doel van deze studie was meer inzicht te krijgen in de veranderingen in fysiologische processen gedurende perioden van intensieve duurtraining bij zeer goed getrainde duursporters. Het artikel gaat in op trainingsbelasting en –belastbaarheid, trainingseffecten bij olympic distance triatleten, testprotocollen voor evaluatie van training en prestatie en tot slot de trainingsinterventiestudies. Samengevat zijn de belangrijkste conclusies van dit proefschrift: 1. Olympic distance triatleten laten nauwelijks enige schommeling zien in de veel in de sport gemeten biochemische, hormonale en prestatiebepalende fysiologische parameters. 2. Regelmatige controle van het rode bloedbeeld is zinvol bij goed getrainde duuratleten, gezien het groot aantal atleten met bloedwaarden dicht tegen of onder de minimumgrens. 3. Resultaten in deze studie duiden op het bestaan van een ‘altitude threshold’ waarboven hematologische veranderingen plaatsvinden. 4. Het endocriene systeem (met uitzondering van cortisol) blijkt geen geschikt en bruikbaar instrument te zijn ter preventie van overtraining. 5. Cognitieve testen zijn een gevoelig instrument voor de vroege opsporing van overreaching. 6. Duurgetrainde atleten zijn ondanks halvering van hun trainingvolume in staat hun prestatieniveau te handhaven. 7. Wielrenners en hardlopers reageren qua gevoel verschillend op een periode van intensieve training. 8. Voor het verkrijgen van een lactaatwaarde passend bij de belasting is bij fietsergometerarbeid een minimale inspanningsduur van vijf minuten noodzakelijk.