Maandag 10 augustus 2015

Van tellen via meten naar wegen - Kwart eeuw landelijke registraties van sportblessures in Nederland

Ruim 30 jaar sportstimulering door de overheid heeft positieve, maar ook negatieve effecten gehad. Om een beeld te krijgen van de negatieve effecten is onder meer het registreren van sportblessures gestart. Sportblessures zijn in Nederland jarenlang door diverse organisaties op verschillende wijze geregistreerd.
Overzicht, verschenen in Geneeskunde & Sport, 38, 5, 2005. H.J. Kemler, S.L. Schmikli, F.J.G. Backx. Trefwoorden: incidentie, blessureregistratie, registratiesysteem, ongeval, letsel, sportblessure

Ruim 30 jaar sportstimulering door de overheid heeft positieve, maar ook negatieve effecten gehad. Om een beeld te krijgen van de negatieve effecten is onder meer het registreren van sportblessures gestart. Sportblessures zijn in Nederland jarenlang door diverse organisaties op verschillende wijze geregistreerd. Dit kwam mede door het overheidsbeleid achter het registeren van sportblessures, dat in het afgelopen 25 jaar menigmaal veranderde. Deze veranderingen hadden gevolgen voor de inhoud en methoden van de registratiesystemen. Uitwisselbaarheid en vergelijkbaarheid van de resultaten kwamen in het gedrang. Ook Ongevallen en Bewegen in Nederland (ObiN), het registratiesysteem dat gegevens over sportblessures in de meest brede zin zou moeten aanleveren, ondervond de gevolgen van het veranderende sportbeleid. Aan de hand van een historisch overzicht wordt uitgelegd hoe de beleidsveranderingen hebben doorgewerkt in de registratie van sportblessures, en hoe ogenschijnlijk onverklaarbaar grote verschillen in blessurecijfers kunnen ontstaan. Vanuit dit perspectief wordt gekeken naar mogelijkheden om het registreren van sportblessures verder te optimaliseren zodat minder verwarring ontstaat over de gepresenteerde cijfers.