Maandag 20 juli 2015
Steeds vaker maken topsporters gebruik van precooling, omdat een te sterk gestegen kerntemperatuur de prestatie nadelig kan beïnvloeden. In dit onderzoek werd gekeken naar het effect van precooling op de stijging van de kerntemperatuur tijdens inspanning onder warme omstandigheden. Precooling werd uitgevoerd door gebruik te maken van een met koud water doorstroomd pak of door lichte inspanning te verrichten op een fietsergometer in een koude ruimte. Beide precoolingmethoden werden vergeleken met verblijf in een warme ruimte. Na een half uur precooling of verblijf in de warmte werd bij 30°C een inspanningstest verricht met oplopende belasting. Aanvankelijk steeg de rectaaltemperatuur minder snel na precooling dan zonder precooling, maar de tijd totdat de rectaaltemperatuur 38.5°C bereikte verschilde niet tussen de condities. De verschillen in huidtemperatuur tussen precooling- en controlegroep verdwenen snel na binnenkomst in de warme ruimte. Concluderend zorgde precooling voor een vertraagde stijging van de kerntempera
tuur tijdens de eerste 25 minuten inspanning in de hitte door warmteopslag in de voorgekoelde huid. De twee onderzochte precoolingmethoden verschilden hierin onderling niet. Er dient zo snel mogelijk na precooling met de inspanning begonnen te worden om nog enig effect te hebben. Het effect van precooling op de prestatie zou voor elke individuele sporter apart moeten worden bepaald.