Dinsdag 09 januari 2018
In de huidige richtlijnen geldt een negatief advies op intensieve sportbeoefening voor patiënten met een implanteerbare cardioverter defibrillator (ICD). In dit single-centre cohortonderzoek werd het risico op levensbedreigende hartritmestoornissen en shocks bij 71 patiënten met ICD onderzocht. 59% van deze groep was man, ≤40 jaar oud bij ICD-implantatie en had een linker ventriculair ejectiefractie (LVEF) ≥35%. Uit deze groep werden 16 patiënten geclassificeerd als atleet (≥5 uur per week sportbeoefening). Sport gerelateerde en klinische gegevens werd verzameld met vragenlijsten en patiëntendossiers.
De gemiddelde leeftijd van de deelnemers was 38 jaar (19-53 jaar). De duur van follow up gemiddeld 67 maanden (11-249 maanden). Idiopathisch ventrikelfibrilleren (VF) was de meest voorkomende indicatie (20%) voor ICD-implantatie. Er waren 22 patiënten (31%) die in totaal 127 ICD-shocks kregen, waarvan 112 terecht: 15% van deze shocks ontstonden tijdens sportinspanning. Atleten kregen niet vaker een ICD-shock dan niet-atleten (respectievelijk 25% versus 33%, p=0,760). Noch werd een er relatie tussen terechte shocks en sport-intensiteit gevonden.
Concluderend is er geen bewijs dat participatie in sportactiviteiten bijdraagt aan het risico op levensbedreigende hartritmestoornissen noch op (on)terechte ICD-shocks bij patiënten met ICD. In voorkomende gevallen zou het advies om te sporten bij patiënten met ICD meer op maakt gemaakt kunnen worden.
Trefwoorden: hartritmestoornis, implanteerbare cardioverter defibrillator (ICD), sport