Woensdag 15 juni 2022
Interview met Andreas Serner, medical researcher FIFA
Ik spreek Andreas Serner via Zoom in oktober als hij net met zijn gezin is aangekomen in Zurich. Van 2013 tot 2021 werkte hij in Aspetar, Qatar Orthopaedic and Sports Medicine Hospital (Doha, Qatar) als klinisch onderzoeker en sportfysiotherapeut. Nu is hij net begonnen bij de FIFA als medical researcher. “Het was een hectische overgang door de vele Corona reisbeperkingen vanuit het Midden-Oosten naar Zwitserland”. vertelt hij. “En ook het achterlaten van de patiënten, die ik daar als fysiotherapeut behandelde, begint nu door te dringen.”
Andreas (1984, Kopenhagen) werd opgeleid tot fysiotherapeut in Denemarken en volgde een Masters opleiding in Sport Science in Zweden. Na een korte periode werkzaam te zijn geweest als fysiotherapeut in een privékliniek en op de jeugdopleiding van FC Kopenhagen, kwam hij in aanmerking voor een PhD opleidingstraject onder begeleiding van Prof Per Holmich, hoogleraar orthopedische chirurgie, Kopenhagen en Prof Kristian Thorborg, hoogleraar fysiotherapie, Kopenhagen.
De vraag is wat zijn keuze was om zich te richten op liesklachten bij atleten. “Het was voor een groot deel gebaseerd op mijn eigen ervaring als voetballer, toen ik langdurig aan mijn lies geblesseerd raakte”, zegt hij. “Ik kreeg in die periode veel verschillende adviezen en diagnoses, wat niet leidde tot een oplossing en zeker niet tot een beter begrip van wat ik eigenlijk mankeerde. Dus het onderwerp liesblessures had een speciale aantrekkingskracht en Prof Holmich was al lang een research autoriteit op dit gebied. De uiteindelijke aanstelling liet wel even op zich wachten, maar toen hij belde kreeg ik een dag de tijd om ja of nee te zeggen. Het werd ja en in 2013 stapte ik op het vliegtuig naar Qatar om in Aspetar met mijn research te beginnen.
De titel van van zijn PhD thesis – verdedigd in 2016 – luidt ‘Diagnosis of acute groin injuries in athletes’. De vraag is hoe hij aan de sporters in zijn hoofdstudie kwam. ”Het overgrote deel waren voetballers die op de polikliniek van Aspetar werden gezien bij een acute liesklacht. We hebben 110 sporters kunnen includeren en verreweg de meeste research prospectief met deze groep kunnen doen.”
“Wat waren jullie belangrijkste bevindingen?” Serner: “Wij wilden weten welke structuren in de lies beschadigd raakten bij een acuut trauma, hoe betrouwbaar dat bij een klinische diagnose kon worden vastgesteld, afgezet tegen de MRI-beelden, en hoe het beloop was van zo’n acute liesblessure. Uit het onderzoek bleek dat sportartsen op de polikliniek in betrouwbare mate een letsel van de adductorengroep konden vaststellen, maar dat andere beschadigde structuren, zoals de iliopsoas en de rectus femoris veel vaker niet klinisch werden vastgesteld, maar wel aanwezig waren op de MRI. Nader onderzoek met behulp van de MRI liet zien dat de M. adductor longus het meest frequent is aangedaan en ook vaker geïsoleerd van andere spieren.”
“Hebben jullie nog inzicht gekregen hoelang sporters zijn uitgeschakeld door deze letsels?” Serner antwoordt: “We hebben gekeken hoe lang het duurde voordat de sporter ‘klinisch klachtenvrij’ was, wanneer hij ‘gecontroleerd kon trainen’ en wanneer hij ‘volledige team training’ kon meedoen. Dit werden als drie afzonderlijke Return to Sports (RTS) criteria gezien. Vooral de laatste is nuttige informatie voor speler en coach en lag in onze studie op mediaan 22 dagen (15-31 dagen). Het klinisch onderzoek en de anamnese kon 68% van de variatie verklaren’. ‘De sterkste klinische voorspellers bij een langduriger RTS bleken palpatiepijn aan de proximale insertie van de adductor longus te zijn en een palpabele onderbreking van de proximale pees (delle).”
Op het congres spreekt Andreas Serner niet alleen over acute blessures maar ook over het hele spectrum van primaire preventie tot behandeling. Eén van zijn recente publicaties gaat over de stand van zaken vijf jaar na het afronden van de ‘Doha agreement meeting classification system in groin pain’, een bijeenkomst van experts waar vooral sportarts Adam Weir en Per Holmich zich sterk voor hebben gemaakt. In deze Delphi studie blijkt het merendeel van de expert-respondenten de Doha classificatie te hebben geadopteerd, maar is er nog steeds een grote mate van heterogeniteit in diagnostische terminologie en weinig overeenstemming om aanpassingen te doen in dit classificatiesysteem.
Ik spreek nog met Andreas over zijn traject tot researcher. Hij zegt: “In het begin ben je alleen bezig met een klein deelonderzoek dat je wilt afronden, maar hoe langer je bezig bent, des te kritischer word je op eerder uitgevoerde studies en conclusies die eraan worden verbonden’. ‘Zeker vanuit een opleiding tot fysiotherapeut ga je je realiseren dat de wetenschap zich veel meer bezighoudt met het verklaren van ‘variantie in het grijze gebied’. De zekerheid en stelligheid worden ingeruild voor ‘het steeds meer weten wat we niet weten’.”
Verder vertelt Andreas dat ‘volharding’ en ‘relevantie’ kernwoorden waren in zijn researchperiode. “Je moet zeker passie hebben voor het onderwerp, maar volharding is nog belangrijker, omdat tijdens het proces ook veel dingen misgaan. Je verliest collega’s die elders gaan werken, je verliest data die soms zoekraken. De corona-epidemie gooide roet in het eten en ook de researchfunding werd ingetrokken, waardoor we veel vertraging opliepen. ‘Relevantie’ is van groot belang omdat het je helpt te volharden als het moeilijk is. Ook het betrekken van stakeholders – in mijn geval patiënten en sportartsen – hielpen het proces overeind te houden. Daarnaast moet je ook aan het begin nadenken over de relevantie van je onderzoeksvraag en uitkomsten. Als het antwoord luidt ‘So What?’ dan ben je alleen onderzoek voor je eigen belang aan het doen. Het doel is om ook vertaling van kennis te krijgen.”
Tenslotte zijn nieuwe rol bij de FIFA – is het al duidelijk wat hij daar gaat doen? “We zijn net bezig om met een klein team bij de FIFA ons strategisch te beraden op onze prioriteiten. We zullen in ieder geval veel in contact treden met onderzoeksgroepen die al voetbal-medisch onderzoek doen. Bovendien zijn er veel terreinen waar de FIFA een rol kan spelen, zoals het spelregelbeleid rondom hersenschudding tijdens wedstrijden, de dreigende fysieke overbelasting van spelers door een intensieve speelkalender en medische items in het vrouwenvoetbal. En natuurlijk hoop ik dat ik de kans krijg om het onderzoek naar liesklachten in het voetbal voor te zetten, zeker omdat zo’n relevant onderwerp is voor de voetbalsport.”
Referenties
Diagnosis of acute groin injuries in athletes; Andreas Serner 2016, Thesis https://www.fysio.dk/globalassets/documents/fafo/afhandlinger/phd/2017/andreas_serner_phd-thesis_2017.pdf
Heijboer WMP, Weir A, Delahunt E, Hölmich P, Schache AG, Tol JL, de Vos RJ, Vuckovic Z, Serner A. A Delphi survey and international e-survey evaluating the Doha agreement meeting classification system in groin pain: Where are we 5 years later? J Sci Med Sport. 2021 Jul 6:S1440-2440(21)00176-6. Doi: 10.1016/j.jsams.2021.06.014. Epub ahead of print. PMID: 34312067.